Promotieonderzoek onthult noodzaak van aandacht voor mentale gezondheid bij visuele beperking

Op 16 januari jl. behaalde Edine van Munster, onderzoeker en coördinator bij de Robert Coppes Stichting, succesvol haar doctoraat aan de Vrije Universiteit Amsterdam. In haar proefschrift, getiteld ‘RecognEYEze: detecting and discussing depression and anxiety in adults with vision impairment’, werpt ze licht op de uitdagingen rondom mentale gezondheid bij deze specifieke doelgroep.

Foto van promovendus Edine van Munster met haar paranimfen aan haar zijde op het podium, klaar om te starten met het verdedigen van haar proefschrift. Rechts op het podium de leden van de commissie.

Binnen het promotieonderzoek zijn in totaal vijf onderzoeken uitgevoerd, waarbij twee doelen centraal stonden:

  1. het inzichtelijk maken van hoe het herkennen en bespreken van depressie- en angstklachten bij volwassenen met een visuele beperking op dit moment verloopt;
  2. ontdekken hoe zorgprofessionals ondersteund kunnen worden in het herkennen en bespreken van depressie- en angstklachten bij volwassenen met een visuele beperking.

Inzichten vanuit cliënten en zorgprofessionals

Interessante inzichten kwamen aan het licht. Zo blijkt dat volwassenen met een visuele beperking extra hindernissen ervaren bij het (h)erkennen van hun mentale klachten. Een van de redenen die zij hiervoor benoemen is dat de focus ligt op praktische ondersteuning met betrekking tot het gezichtsvermogen. Daarbij worden de symptomen die zij ervaren soms ten onrechte toegeschreven aan de visuele beperking. Zoals vermoeidheid, dit kan een symptoom zijn van depressieve klachten, maar het leven met een visuele beperking vergt óók extra energie, dus waar komt dit dan vandaan?

illustratie van een blinde vrouw met een zonnebril en een rugzak, en een dame die rechts tegenover haar staat. Ertussenin de woorden: somber, vermoeid, verminderde concentratie, slaapproblemen, schuldgevoel, nergens zin in.

Zowel naasten als zorgprofessionals spelen een belangrijke rol in het (h)erkennen en bespreken van mentale klachten, maar hier zitten wel wat beren op de weg. Zo blijkt dat vermoedens van depressie of angst door zorgprofessionals slechts zeer beperkt getoetst worden met vragenlijsten, en dat de vermoedens niet altijd besproken worden met een cliënt. Er is onderzocht op welke manieren zorgprofessionals het beste ondersteund kunnen worden om de obstakels die zij hierin ervaren weg te nemen. Intentie, zelfvertrouwen en steun vanuit de organisatie waar zij werken spelen hierbij een belangrijke rol.

Praktische Instrumenten en training

In het promotieonderzoek is de PHQ-4 als screeningsinstrument voor depressie- en angstklachten bij mensen met een visuele beperking onderzocht, en met succes: zowel cliënten als zorgprofessionals zijn enthousiast! Dit komt mede door de korte en gebruiksvriendelijke aard van de vragenlijst en de praktische ondersteuning die deze biedt in het ter sprake brengen en monitoren van de klachten.

Op basis van resultaten uit eerder onderzoek en input van cliënten en zorgprofessionals zijn twee op maat gemaakte trainingen ontwikkeld die gaan over depressie en angst bij mensen met een visuele beperking. Deze trainingen zijn gericht op respectievelijk oogheelkunde zorgprofessionals en expertisemedewerkers. De effectiviteit van deze trainingen is onderzocht en de resultaten zijn positief. Wel is het nodig om aandacht te hebben voor de vertaalslag van het geleerde naar de dagelijkse praktijk. In het proefschrift zijn dan ook diverse punten opgenomen om deze transitie te verbeteren.

Foto van promovendus Edine van Munster met aan haar zijden haar paranimfen, die toegesproken wordt door promotor Ruth van Nispen. Op de achtergrond copromotor Hilde van der Aa.

Aanbevelingen

Het proefschrift wordt afgesloten met aanbevelingen om depressie- en angstklachten bij de doelgroep tijdig en adequaat te herkennen, mentale gezondheid bespreekbaar te maken en indien nodig cliënten door te verwijzen. De focus ligt hierbij op aandacht voor mentale gezondheid in de gehele zorgketen voor mensen met een visuele beperking.

Betrokkenen

Het promotietraject werd uitgevoerd vanuit de Robert Coppes Stichting in samenwerking met de Low Vision Research Groep van Amsterdam UMC (locatie VUmc), en onder begeleiding van promotor Ruth van Nispen en copromotor Hilde van der Aa. Bij het promotieonderzoek waren stakeholders vanuit diverse organisaties betrokken, waaronder cliënten, zorgprofessionals, onderzoekers en ervaringsdeskundigen van Amsterdam UMC, Bartiméus, Koninklijke Visio, de Oogvereniging en de Robert Coppes Stichting.

Proefschrift en meer informatie

De digitale versie van het proefschrift is beschikbaar op Psyvisnet; een online netwerk van zorgprofessionals die op eniger wijze werken met mensen met een visuele beperking in combinatie met psychische of psychiatrische problematiek.

Meer informatie over de onderzoeken, resultaten of het proefschrift? Neem dan contact op met Edine van Munster (evmunster@robertcoppes.nl).

Meer nieuws

Ga naar de bovenkant